zoals veel studenten van de Italiaanse taal hebben ontdekt, is er een groot verschil tussen het Italiaans geleerd in een taalles en het dagelijkse omgangstaal Italiaans. In feite veel studenten lijden een ernstige klap op hun vertrouwen wanneer, na ijverig gestudeerd in hun taalklas, ze voor het eerst een voet in Italië en komen oog in oog met de inboorlingen, e non capiscono un cavolo di niente (en ze niet begrijpen ‘een kool van’ iets)! Er zijn verschillende redenen voor dit fenomeen, maar waarschijnlijk een van de belangrijkste is dat het dagelijkse gesproken Italiaans is doordrenkt met kleine zinnen en uitdrukkingen die grotendeels worden verwaarloosd in taallessen met hun neiging om zich veel meer te richten op grammatica en regels. Tot de moeilijkste omgangsvormen behoren uitdrukkingen met meerdere betekenissen, zoals het onderwerp van vandaag: ecco.
Ecco, een woordje dat wij Italianen de hele tijd gebruiken, kan voor buitenlanders vaak moeilijk te pinnen zijn omdat het geen equivalent in het Engels Heeft. Hier zijn enkele dagelijkse voorbeelden die het gebruik ervan illustreren:
1. met de Betekenis van ‘well’ of ‘well now’ als je begint met een uitleg, of uitwerkt wat je moet zeggen:
Ecco, io lavoro per il comune (well now, I work for the council)
2. vaak gebruikt in alledaagse gesprekken als een uitroep van overeenstemming betekent ‘dat klopt’ vaak gevolgd door appunto of esatto (precies): ecco, appunto! (dat klopt, precies!)
3. met de Betekenis van ‘hier’ of ‘daar’:
Eccoci arrivati a casa (geen bevredigende vertaling voor dit in het Engels, maar het betekent zoiets als ‘hier zijn we, we zijn thuis’), eccovi finalmente! (daar ben je, eindelijk!), dove sei? – eccomi (waar ben je? – hier ben ik). Zoals u kunt zien, wordt in dit geval het woord ecco gecombineerd met het directe persoonlijke voornaamwoord mi, ti, lo, la, ci, vi, li, le bijvoorbeeld ecco (hier/daar) + vi (u ) wordt eccovi (hier/daar bent u). Uiteraard hangt de keuze van ‘hier’ of ‘daar’ af van de situatie.
4. met de Betekenis van ‘hier is / zijn’ of ‘er is / zijn’:
Ecco il libro che mi hai prestato (hier is het boek dat u mij leende), ecco lassù il castello( daar is het kasteel), ecco le tue scarpe (hier zijn uw schoenen).
5. met de Betekenis van “dit is” of “dat is”:
Ecco come vanno fatte le cose in Italia! (Dit is / dat is hoe dingen worden gedaan in Italië!), vuoi il mio consiglio? eccolo (wil je mijn advies? dit is / dat is het).
6. with the meaning of ’that’ s why’:
Giorgio: Sono stato in vacanza per tre settimane-Lucia: ecco perché non ti ho più visto! (Giorgio: Ik ben al drie weken op vakantie – Lucia: daarom heb ik je niet gezien!).
7. aan het einde van een samenvatting of uitleg zeggen we soms ecco tutto (dat is alles).
8. om te zeggen dat er iets is gedaan, of voltooid gebruiken we vaak ecco fatto (‘dat is het’ of ‘het is gedaan / afgewerkt’)
Ecco fatto il blog (dat is de blog voltooid).