het perspectief van de institutionalistische politieke economie bouwt voort op kerntheorieën uit de institutionele economie en past deze verder toe op het gebied van de hedendaagse politieke economie. Wesley Mitchell onderscheidde oorspronkelijk de institutionalistische benadering van de economie van eerdere scholen van economisch denken door de nadruk te leggen op de focus op het cumulatieve proces van evolutionaire verandering in de economie. Hedendaagse theoretici breiden deze definitie verder uit door de effecten te benadrukken van de historische verschuiving van het klassieke systeem van het laissez-faire kapitalisme naar het hedendaagse of neoliberale kapitalisme in de huidige internationale economische samenleving, waarin verschillende instellingen belangrijke actoren zijn.
de institutionele basis van de klassieke structuur van rechten en verplichtingen van de markt wordt eveneens onderzocht. Dit omvat processen die bepalen hoe legitieme actoren en legitieme uitwisselingsobjecten worden bepaald. In hun kern houden voorstanders van deze school van denken aan dat de economie niet los kan worden gezien van de sociale en politieke context, aangezien de markt zelf een instelling is, dat wil zeggen politiek geconstrueerd. In die zin stellen institutionalistische politieke economen zich tegenover neoklassieke economen die beweren dat de markt een autonoom, apolitiek domein is. Zij verschillen ook van voorstanders van het nieuwe institutionele economische perspectief in die zin dat instellingen worden gezien als zijnde in staat het individu fundamenteel vorm te geven in plaats van alleen maar beperkingen te stellen aan het theoretisch vooraf gedefinieerde en onveranderlijke individu.
ActorsEdit
J. R. Commons had besproken hoe instellingen het resultaat waren van in het verleden gemaakte keuzes op individueel niveau. Deze keuzes bepalen vervolgens de structuur waarin de Instellingen opereren en hoe zij marktdeelnemers in staat stellen en beperken. Het element van evolutie keert terug door instellingen die veranderen in termen van werkbaarheid, wat zijn pragmatische invloed op het onderwerp markeert. Commons onderscheidt zich dan ook van andere institutionalisten door deze notie van werkbaarheid, die in Veblen ontbreekt, te implementeren. De politieke implicaties hebben hier vooral invloed op de manier waarop politieke partijen interageren met private collectieven waarin partijen hun macht maximaliseren en collectieven hun eigen organisatorische efficiëntie maximaliseren. Hier is redelijkheid doorslaggevend voor het resultaat volgens Commons. De politieke dimensie van deze instellingen ligt in de manier waarop zij controle uitoefenen op individuele acties, samen met formele en informele regels en gebruiken.
een belangrijk aspect van actoren binnen institutionele benaderingen is hun potentieel voor moreel onderbouwde besluitvorming, wat een verschil markeert met rationele benaderingen. Institutionalistische benaderingen houden vaak rekening met situaties waarin actoren handelen tegen hun voorspelde meest winstgevende manier van handelen. Dit is waar institutionalisten beweren dat concepten als gewoonte evolutie via Instellingen komen in. Institutionalistische rekeningen zijn gebruikt om neoliberale rekeningen te bekritiseren, omdat het de instellingen zijn die invloed hebben op de manier waarop bepaalde handelingen worden begrepen. In veel paradigma ‘ s, waaronder regulatietheorie en vergelijkende politieke economie, wordt algemeen aangenomen dat winstmaximalisatie het belangrijkste doel is achter het maken van stimulansen. Dit onderscheid tussen actoren is daarom belangrijk voor het identificeren van institutionele benaderingen.